Bloggen, Docenten, professionaliseren, VO

Informeel leren via (online) docentennetwerken

Onlangs twitterde Henk ter Haar, hij behoort tot de top 3 beste docent Nederlands 2017,  “Wat heb ik veel geleerd via en te danken aan Twitter. Elke leraar zou op Twitter moeten. En informeel leren moet op elke lero aan bod komen.”  Hij legt uit waarom hij dat vindt. 

Door Henk ter Haar

Daken om vanaf te schreeuwen.

Mijn eerste tweet. 21 februari 2010. Drie dagen na de geboorte van mijn oudste dochter. Vanaf een roze wolk.

henk1

En kennelijk op zoek naar een nieuw dak om mijn geluk vanaf te schreeuwen. Een beetje speurwerk leert bovendien dat 2010 het jaar is dat ik start met Facebook. Ik bedoel maar. Op zoek naar daken.

Hoe het allemaal begon

De jaren daaraan voorafgaand was er kennelijk ook niet zoveel te melden om van de daken te schreeuwen. Ik deed de zesjarige havo, probeerde een jaar heao (Huh? Ja. Echt.) en volgde de (achtjarige) lerarenopleiding. Ik was geen succesvol student. Ik rommelde maar wat aan, maar was al die tijd wel veel te vinden op mijn ‘bijbaan’. Een baan als leraar Nederlands op mijn oude middelbare school.

henk2

Over mijn eerste jaar in het onderwijs schreef ik eerder dit blog.  Ik denk dat ik een aanstelling had van zes tot negen uur in de week. Ik was er zeker twintig uur in de week aanwezig, maar ik denk nog langer. Ik leerde in die jaren de fijne kneepjes van het lerarenvak. Niet op de lerarenopleiding waar ik aanwezig had moeten zijn, maar in de lerarenkamer en de docentenwerkplek van de leraren Nederlands op de school. Daar werden veel gesprekken gevoerd over leren en leven. Over leerlingen en leraren. Ik ging mee met elke excursie die zich aandiende en genoot met volle teugen van het samenleven en samen leren met leerlingen. En uiteindelijk slaagde ik er ook in de lerarenopleiding af te ronden.  Ik had nog geen kinderen, had de tijd aan mijzelf en de wereld aan mijn voeten. Ik kon alle ruimte nemen om te leren zoals ik wilde leren. Gek genoeg werd ik ook weinig achter de broek gezeten om mijn diploma te halen.  Na 2010, toen ik kinderen kreeg en een burgermansleven ging leiden, lukte het me wel om zonder al te grote problemen nog de eerstegraads master te volgen en een opleidingstraject voor middenmanagement af te ronden.
Ik durf gerust te stellen dat ik niet erg geschikt was voor het leren binnen de kaders van de traditionele lerarenopleiding, maar uiteindelijk kwam het goed.

De basis

Wat ik leerde in die tijd heeft de basis gevormd voor mijn leren van nu, het leren in de praktijk. Leren van collega’s en leerlingen, hoewel toen vooral nog binnen de grenzen van de school. En dat ging echt niet allemaal vanzelf.
In mijn eerste jaar was er een havo3-klas waar ik nauwelijks in aanwezig durfde te zijn. Er was een les dat ik de helft van de tijd op de wc heb gezeten.
Maar ik zag wat werkte en wat niet werkte. Een collega leerde me dat beginnen in een opgeruimd lokaal waarin alles klaar staat voor de les, ook zorgt voor een opgeruimd hoofd en ruimte en aandacht om leerlingen te begroeten en te spreken.
Een ander leerde me hoe ik goede toetsen moest maken. Weer een ander vertelde me dat het niet helpt om al snel leerlingen eruit te sturen, maar dat ik vooral kleine correcties moest toepassen.
Ik kreeg ook een traject in school aangeboden waarbij mijn lessen werden geobserveerd. Er werden lesopnames gemaakt die we met een groep startende en ervaren leraren bespraken. We spraken anderhalf uur over vijf minuten les. Langzaam leerde ik zo het ambacht.

Sociale media

En toen werd het 2010. Twitter en Facebook zorgden ervoor dat de muren van klaslokaal en school doorbroken werden. Ik ontdekte facebookgroepen en twitterlijsten. Binnen de facebookgroep Leraar Nederlands werd volop lesmateriaal gedeeld. Ik ontdekte hoe leuk het was om niet alleen te halen maar ook te brengen. Om trots te raken op eigen lessenseries. Meer en meer liet ik het boek los en ontwierp ik eigen lesmethodes.  Via Twitter kwam ik eindeloos veel artikelen tegen en boekentips die ik verzamelde met de app Pocket. En waar  eerder geen lesboek in te krijgen was, verslond ik het ene na het andere boek en artikel over onderwijs. Ik vermoed vanwege het feit dat het verband met de lespraktijk voor mij evident was.

Blog

In 2013 startte ik mijn eigen blog. Ik stond inmiddels alweer tien jaar voor de klas en merkte dat ik de behoefte voelde om te delen. Mijn ervaringen. Mijn lesideeën. Mijn mening over onderwijs. Het bloggen hielp me bovendien om orde te scheppen, om mijn hoofd leeg te maken, om lesideeën te bewaren voor de toekomst. Maar ook om de buitenwereld te laten zien hoe mooi onderwijs is. Hoe geweldig het is om met zoveel (jonge) mensen te werken. Een tijdje mee op te lopen midden in hun pubertijd.

Van online naar offline

Inmiddels was mijn netwerk behoorlijk gegroeid. En ik begon met collega’s uit het land ‘in real life’ af te spreken. Ik kwam in andere scholen terecht, waar op andere manieren geleerd werd. En er ontstond een offline netwerk van leraren Nederlands, NLNU, waarmee we tot op de dag van vandaag collega’s uit het hele land bij elkaar brengen en in allerlei overlegorganen aan mogen schuiven om mee te praten over de ontwikkeling van het curriculum van ons vak en bijvoorbeeld het examen Nederlands. Een mooie manier om ‘van onderaf’ de ruimte te nemen die er (nodig) is voor de ontwikkeling van mijn mooie vak Nederlands.

Werk

Mijn online netwerk leverde tevens werk op. Ik hielp mee aan het herschrijven van een methode voor mentoraat en ik werd benaderd om op de Radboud Universiteit mee te werken aan het verzorgen van een minor Creatief Educatief Ontwerp.

Het informeel leren in (online) docentennetwerken heeft mijn leven als professional enorm verrijkt. Het delen van mijn eigen lesmateriaal leerde me trots te zijn op mijn werk, mijn beroep, mijn vak. De netwerken hielpen me ook daadwerkelijk de boeken in, zodat ik ook veel bijleerde over didactiek en pedagogiek.

De status van informeel leren

Mijn leren, zoals ik dat hierboven beschrijf, zou je kunnen zien als zogenaamd ‘informeel leren’.
Het heeft me gemaakt tot de docent die ik nu ben. Ik heb enorm veel geprofessionaliseerd buiten de formele opleidingskaders. Ik zou hier tenslotte dan ook heel graag het volgende willen bepleiten:

  1. Het aanleggen en onderhouden van een professioneel leernetwerk dat onderdeel zou moeten uitmaken van iedere lerarenopleiding.
  2. Informeel leren binnen een professioneel netwerk van docenten, zou gevalideerd moeten kunnen worden binnen het lerarenregister.
Henk ter Haar is leraar Nederlands en Teamleider VMBO GSG Guido Arnhem. Hij behoort tot de top 3 beste docent Nederlands 2017.

 

  1. Romke Burger

    Waarom zou datgene waar jij zelf heel druk mee bent geweest (het ‘aanleggen en onderhouden van een professioneel leernetwerk), het beste voor iedereen zijn en een onderdeel van iedere lerarenopleiding moeten zijn? Jij was ‘niet erg geschikt voor het leren binnen de kaders van de traditionele lerarenopleiding.’ Misschien kun je je voorstellen dat anderen ook niet geschikt zijn om te leren binnen het nieuwe verplicht kader dat jij voorstelt?

Geef een reactie op Reactie annuleren

57 − 47 =

Translate »