KomenskyPost info, Oekraïne, Taalonderwijs, Tweede taal, Vluchtelingen

Purmerend tuigt in no time onderwijs Oekraïense kinderen op

Nederlandse les van Marja de Bies, net met pensioen uit het onderwijs en nu vrijwilliger op de Oekraïense school.

Nelleke Vogel

De Oekraïense jeugd vanaf elf jaar die in de regio Purmerend is ondergebracht kan sinds enkele weken voor voortgezet onderwijs terecht op de in no time uit de grond gestampte Oekraïense school in het pand van het Antoni Gaudi/Vita college. Een klein team heeft hier een huzarenklus geklaard waarin de regio Waterland voorop loopt. Een van hen is Marieke Bremer die in haar elf jaar in het nieuwkomersonderwijs wel wat gewend is en de laatste weken al haar ervaring aanwendt om alles in goede banen te leiden. “De normale route voor nieuwkomerskinderen is te intensief als er zestig tegelijk binnenkomen. Je moet dan echt een ander plan maken om de kinderen zo snel mogelijk van het juiste onderwijs te voorzien.”

Ze moesten ergens beginnen. Linda Hanraads van Opspoor en Moniek Sanders van CPOW (basisschool besturen) en Marieke Bremer vanuit het voortgezet onderwijs staken de koppen bij elkaar om te kijken hoe ze het onderwijs voor alle kinderen zo snel mogelijk konden organiseren. De leeftijdsgroep 4-6 heeft een plek gevonden in het Golfhotel (een tijdelijke opvang met tachtig kamers voor vooral moeders met kinderen – red.), waar twee kleutergroepen een plek hebben in vergaderzalen van het hotel. De basisschoolleerlingen (6-11) zitten vooralsnog op de uit zijn voegen barstende nieuwkomersschool Kuna Mondo. Voor de kinderen vanaf elf jaar werd een aantal lokalen beschikbaar gemaakt in het Antoni Gaudi/Vita College. “Het begint met inventariseren wat er is, en wat er mogelijk is”, geeft Marieke aan. “Het is pionieren. Doelstelling van nieuwkomersonderwijs is de kinderen zo snel mogelijk Nederlands leren, zodat ze zo goed mogelijk kunnen instromen in het reguliere onderwijs. Maar nu is dat anders. Wat is het doel? Je weet niet hoe lang de oorlog duurt, of de kinderen teruggaan, of ze in Nederland blijven. We kennen hun voorgeschiedenis niet, noch het niveau van onderwijs in het thuisland. Daarnaast loop je aan tegen het vinden van een locatie en de beschikbaarheid van docenten.”

Marieke Bremer bij een lesje Purmerendse geschiedenis

Doorpakken

Andere regio’s worstelen met hetzelfde probleem. Maar toch kwamen de drie doorpakkers voor Waterland met een sterk plan, ondersteund door enthousiaste samenwerkende besturen, waardoor in een paar weken tijd het eerste onderwijs stond. Marieke: “Wij kregen alle tijd om buiten ons eigen werk dit zo spoedig en goed mogelijk neer te zetten. Eigenlijk zijn we al heel snel gewoon begonnen en lossen we knelpunten gaandeweg op.” De school beschikt nu over vier leslokalen en vier Nederlandse en vier Oekraïense docenten. Er zijn meer docenten nodig maar dat is moeilijk. “Gelukkig zijn er docenten op andere scholen die normaal drie dagen werken maar daar nu twee dagen extra aanplakken om hier les te geven. Zo doen we allemaal wat extra’s om dit voor elkaar te krijgen.”

Compleet

Marieke is blij met haar docententeam. “We proberen het beste van elkaars systeem te combineren. We moeten niet alleen wennen aan de kinderen maar ook aan elkaar. Onze voertaal is Engels, dat zijn we ook niet allemaal gewoon. Elke dag overleggen we met elkaar, bespreken waar we tegenaan liepen, en zo komen we elke dag weer een stapje verder.” Daarnaast is er ondersteuning van organisaties als Spurd (gemeentelijke sportondersteuning) die meedenkt over sportlessen en vakantiebesteding en kunnen de kinderen twee middagen per week terecht bij het naastgelegen H20. “We proberen het met ons allen zo compleet mogelijk te maken. Want onderwijs en dagbesteding helpt heel erg om je weer goed te voelen”, geeft Marieke aan.

Weer puber zijn

Er komt een groepje 11-jarigen langs dat de weg zoekt. Een hoop gegiechel en gespartel in het beste Engels. Marieke moet er zelf om lachen. “Wat we al wel zien is dat ze hier weer gewoon pubers en kinderen kunnen zijn. Hier vinden ze de normale dingen. In Oekraïne volgden ze eerst vanwege corona en later vanwege de oorlog al een poos online lessen. Ze hebben heel lang niet in klassen gezeten. Ze moeten dat weer leren en er moet rust in komen. Je merkt dat ze er vooral heel erg van genieten weer onder leeftijdgenoten te zijn. Je ziet nog wel soms bezorgde koppies, door de onzekerheid over de mensen die ze moesten achterlaten, maar hier hebben ze afleiding en een structuur in de dag. De meeste kinderen gaan gewoon heel graag naar school.”

Nieuwsgierig

Ook leerlingen van andere scholen bieden een helpende hand. “Het is heel mooi hoe de leerlingen van het Antoni Gaudi en Vita College hierop reageren”, zegt Marieke. “Ze wachten de kinderen op, stellen vragen, zijn erg nieuwsgierig naar elkaar. Volgende week komen acht leerlingen van het Da Vinci College hier om onze oudste kinderen extra Nederlandse les te geven maar ook om normale puberdingen met ze te doen, zoals samen naar de stad.”

Fiets is vrijheid

De Oekraïense kinderen zoeken ook elkaar op. Zeker nu een groeiend aantal de beschikking heeft over een fiets. Marieke: “Er zitten twintig kinderen in het Burggolf hotel, 34 in Volendam en de rest zit bij gezinnen. Dat is vrij geïsoleerd. Daar zitten ze vaak alleen met hun moeder, broertjes en zusjes. Zeker voor hen is het heel fijn om leeftijdgenoten te leren kennen en af te spreken. Die fiets is voor hen echt een stukje vrijheid. Kijk maar naar onze eigen kinderen. Wat hadden ze moeten doen zonder fiets? Binnenkort starten we weer een nieuwe inzamelingsronde hiervoor.”

Flexibel

Hoe het allemaal precies gaat lopen kan Marieke nog niet zeggen. De kinderen moeten uiteindelijk gaan instromen in het Nederlandse onderwijssysteem als ze blijven. Maar ook als ze niet blijven kan het lang duren voor ze terug kunnen. Waarbij er binnenkort nog meer kinderen bij komen uit de nieuwe opvanglocatie in Beemster. “Dan lopen we wel tegen de grenzen van deze locatie aan, dus ik hoop dat daar voor de langere termijn een oplossing voor komt. Voorlopig ben ik in ieder geval wel aan dit project verbonden voor we kunnen afbouwen en teruggaan naar regulier onderwijs. Maar dat geeft niet. We zijn allemaal flexibel en stressbestendig. We werken en doen het naar hart, eer en geweten en met oog voor de kinderen die we binnen hebben. En dat merk je, de sfeer is gewoon heel goed, iedereen voelt dat. De kinderen zijn blij dat ze hier zijn en weer onderwijs krijgen, dat is het belangrijkste.”

Nelleke Vogel is freelance journalist.

Dit artikel en foto’s werd eerder gepubliceerd door RodiMedia/NV

Geef een reactie op Reactie annuleren

8 + 2 =

Translate »