Open brief van schooldirecteur Hanneke de Frel
Geachte heer Slob,
Eerder heb ik u een e-mail gestuurd inzake een beslissing tot het in ieder geval dicht houden van de scholen tot de meivakantie. Ik ben blij te zien, dat aan deze oproep gehoor is gegeven. Het is geen makkelijke tijd om beslissingen te nemen op basis van te weinig kennis.
De volgende stap is het wel of niet of wellicht deels open doen van de scholen ná de meivakantie. Ook hier kleven veel voor- en nadelen aan en ook hier hebben we te weinig kennis voor een gedegen besluit. Graag wil ik u het volgende onder uw aandacht brengen alvorens hier een besluit over te nemen. Daarnaast wil ik u in deze brief een voorstel doen dat u meeneemt, of dat door een van de leden van de Tweede Kamer als motie wordt ingediend. Het is het overwegen waard.
Zaken die ik u ter overweging en grondige overdenking wil meegeven zijn de volgende:
- U gebruikt een onderzoek van het RIVM onder slechts 100 gezinnen waar Corona is geconstateerd is. Dat lijkt mij geen goede afspiegeling: het kleine aantal en geen random selectie van het totaal aantal kinderen in Nederland die onderwijs genieten. Bovendien kunnen we geen verschil maken in dicht- en dunbevolkte gebieden, leeftijdscategorieën, provincie, gender, afkomst, etc. wat allemaal meerwaarde heeft bij goed gedegen onderzoek. Kortom de onderzoeksperiode is te kort.
- Als scholen open gaan in de 1,5meter afstandsmaatschappij, houdt u dan ook rekening met het feit dat leerlingen met een afstand van 3 meter in hun lokaal moeten zitten, omdat de leerkracht hier individuele afstandshulp en begeleiding moet kunnen geven, leerlingen naar het toilet moeten, een punt moeten slijpen, een schrift moeten pakken, iets weg moeten gooien, … noem maar op. Gaat de leerkracht dan in een lokaal van 50-56 m2 vier keer dezelfde lessen geven? Hoe ziet u dat voor zich? Ook al zouden kinderen minder snel besmet raken, leerkrachten (waaronder een aantal kwetsbaren) wil ik als schoolleider niet blootstellen aan dit risico.
- Buiten spelen voor leerlingen en de pleinwacht is ook echt een uitdaging. Gaan leerkrachten (veelal vrouwen) met hoepelrok naar school? Hoe bewaren we de cultuur van 1,5 meter afstand? Kinderen knuffelen graag. Thuis gebeurt dit hopelijk wel. Op school kunnen we niets voor kinderen betekenen in dat opzicht. Gaat het lukken? Of is het gevoel groter dan het verstand?
- Ouders kunnen we buiten de school houden, maar veel ouders zijn bang en zullen hun kind(eren) uit angst en bezorgdheid thuishouden. De erkende ongelijkheid tussen leerlingen wordt groter, een serieuze uitdaging om onderwijs te geven. Zou er een deel thuis en een deel in de klas aangeboden kunnen worden? Iedere dag 5-7 leerlingen naar school, afwisselend over de vijf dagen?
- Kwetsbare leerkrachten kan ik niet inzetten. Angstige leerkrachten melden zich ziek. In tijd van lerarentekort heb ik te weinig mogelijkheden van vervanging. Hoe gaan we dit oplossen? Verdelen van een groep kan niet vanwege de 1,5 m afstand, dan zijn er toch weer te veel leerlingen in een lokaal. Kan ik deze dan alsnog naar huis sturen?
- Kwetsbare leerlingen zijn er nu en ook als de school wel open is. WIj zorgen nu voor een deel dat ze opgevangen worden en onderwijs krijgen. Het is een druppel op een gloeiende plaat. Het is moeilijk om de vinger erachter te krijgen. Het is een illusie dat dit straks is opgelost als de scholen wel open zijn. Kwetsbare leerlingen mogen nu al naar school komen, ook al is er geen aanwijsbaar vitaal beroep bij hun ouders.
- De periode als leerlingen en leerkrachten weer naar school gaan is een nieuwe periode van ontmoeting, aftasting, herkenning, erkenning, zoektocht hoe de pet staat bij de ander, kortom een nieuwe fase van forming, storming en norming breekt aan. Leerstof staat op de tweede plaats, want we willen eerst weten wat leerlingen doormaken, hoe de vlag staat, wat ze hebben ervaren en hoe ze zich voelen. Wellicht is er expertise nodig in scholen om dat goed te begeleiden. Met alleen de gedragsspecialist kom je er niet. Er zullen leerlingen zijn die een sociaal emotionele achterstand hebben opgelopen.
- De leerstof zal een nieuwe nulmeting moeten krijgen, er zal geobserveerd, bevraagd en zelfs getoetst moeten worden. Dit gaat tijd kosten en er zullen leerlingen achtergebleven zijn in hun ontwikkeling op pedagogisch en didactisch vlak. Hier zal een grondige analyse moeten plaatsvinden en een gedegen actieplan. Kunnen leerkracht en intern begeleider dit allemaal opvangen?
- Er is een cruciale fase van het geven van instructie (zeker de expliciete directe instructie van Marcel Schmeier waarin het stellen van doelen, de interactie en betrokkenheid van leerlingen én het vervolgens evalueren van het doel om verder te kunnen in de volgende les) verloren gegaan. Onderwijs op afstand met instructie van de leerkracht haalt het niet bij een fysieke leerkracht in de klas, die ziet aan een leerling hoe deze zich voelt, wat de leerling wel en niet snapt op dat moment. Directe feedback is het meest effectieve. Dat is in deze periode gemist.
Hierbij wil ik het volgende voorstel indienen in de hoop dat u deze als motie meeneemt naar de Tweede Kamer. Het is er een met een grote impact, maar ook een met ‘op de plaats rust’, zonder op onze lauweren te rusten. Een periode die we niet als verloren moeten beschouwen, maar die we ook niet kunnen negeren. Het is een periode die we een plek willen geven, om straks verder te kunnen waar we waren gebleven. Zonder al te veel stress, met maatwerk en met een duidelijk plan voor ogen.
Voorstel:
Deze periode van 16 maart tot de zomervakantie te beschouwen als oefen-, onderhouds- en rustperiode om na de zomer (of als het lukt met een meting voor de zomervakantie) een start te maken in dezelfde klas en het leerjaar af te maken t/m december, waarbij de afsluiting van het jaar in Sinterklaas- en Kerstsfeer kan worden afgerond. Vervolgens start een nieuw leerjaar in januari en blijven we dit jaarlijks doen. De start en het eind van een schooljaar is dan hetzelfde en zelfs de zomervakantie kan meer verschillen in data en zo is de vakantie meer te spreiden.Kleuters die jarig zijn van 1 januari – 31 december zitten en blijven bij elkaar in een leerjaar, uitzonderingen daargelaten. De overgang vindt plaats in december, het rapportgesprek cq overgangsgesprek eind november. De stress van nu zal verminderen en mensen en kinderen geven we ruimte en lucht. We gaan door met onderwijs op afstand zo goed en zo kwaad als het gaat. Met een meting die nog voor de zomer kan plaatsvinden, desnoods via een online toetsing of in ploegen op school. We maken een plan voor de periode voor en na de zomervakantie om de draad voor elke leerling zo goed mogelijk op te pakken. Een sociaal-emotioneel plan en een pedagogisch-didactisch plan. Thuiszitters kunnen verder met online onderwijs op afstand en komen maandelijks naar de school waar ze zijn ingeschreven. Leerlingen van groep 8 kunnen naar het middelbaar onderwijs, zij starten direct, als laatste lichting die in september start. Groep 7 van nu start over anderhalf jaar met de eerste brugklas in januari 2022, dus 4 maanden later. De periode (september – december 2021) kan door het VO gebruikt worden voor projectvorming, hervormingen, veranderingen waar nodig om te zorgen dat er ook daar een goed plan wordt neergezet. De overige VO klassen gaan ook van Januari tot december werken, behalve de examenklassen. Er is een lichting leerlingen (de nieuwe brugklas) die wel in september start. Het leerlingvolgsysteem (Cito of andere landelijke toetsen) kan nu in juni gebruikt worden voor een meting en worden herhaald na de herfstvakantie, in november.
Deze schakeling zorgt ervoor dat we iedereen rust gunnen, een pas op de plaats maken, maar intussen door kunnen met het geven van goed onderwijs. Een deel van de leerlingen zal deze periode kunnen overbruggen en bijspijkeren, maar een groot deel naar alle waarschijnlijkheid niet, met alle gevolgen van dien.
Ik hoop dat u goed nadenkt over uw te nemen besluit over het weer naar school laten gaan van leerlingen. Bij twijfel NIET doen. Het wordt een testcase die we niet willen. Ik heb deze e-mail geschreven vanuit mijn eigen ervaring van een basisschool in Zuid Holland. Middelbare scholen, MBO’s en HBO’s zijn vele malen massaler en kennen weer andere uitdagingen. Nogmaals, we willen het liefst dat alles weer normaal wordt en de scholen open gaan. Dit kan alleen als de situatie veilig is voor leerlingen, ouders, onderwijzend personeel en al het andere personeel dat zich in de scholen bevindt. Maar bij twijfel niet inhalen, doe een pas op de plaats.
Ik vertrouw op een weloverwogen besluit.
Met vriendelijke groet,
Hanneke de Frel, Directeur Octant basisschool Vlinderboom
Piet Broersma
Het lijkt me een goed plan. Als adviseur voor het onderwijs worstel ik (weliswaar succesvol) al jaren met de knip tussen schooljaar en kalenderjaar. Zonder Corona zou het te veel overhoop halen maar nu er toch veel overhoop ligt, is het mooi te doen. Misschien structureel 2 weekjes minder zomervakantie waarvan eentje voor of achter de kerstvakantie wordt geplakt en eentje over het jaar gespreid om de werkdruk te verminderen. De werkweek (fulltime) kan dan ongeveer een uur ingekort worden en komt dan van 41 uren op 40 uren. Vergeleken met andere sectoren nog wel een lange werkweek maar daar staan ook meer vakantiedagen tegenover. De meeste onderwijssectoren kennen nu al een achterstand in de voortgang van het curriculum en dat zal nog even zo blijven. Dus een wat lager tempo tot 31 december en wat meer tijd voor veiligheid en voor de ontwikkeling en implementatie van leren op afstand komt mooi van pas. Het uitgangspunt is dus niet dat mensen gaan stilzitten of dat er geen coronavirus meer is om rekening mee te houden. Ik zou het toejuichen dus, ik heb het enkele weken terug ook zelf aan de PO-Raad geadviseerd.
K. Freyee
Uitstekend plan. Esther van der Steeg, er wordt steeds gesproken over kinderen in moeilijke thuissituaties. Natuurlijk is school een plek waar kinderen even toto rust kunnen komen. En leerkrachten doen vaak nog veel meer jeugdzzorgwerk, maar dat zult u ongetwijfeld weten.
ik hoor u nu ook weer pleiten voor het openstellen van scholen, maar ik hoor opvallend weinig hoe jeugdzorg deze moeilijke thuissituaties aan pakt. Sterker nog; in het onderwijs moeten we heel vaak ervaren, dat jeugdzorg zaken laat liggen.
Misschien wordt het tijd om kinderen in moeilijke thuissituaties sterker te ondersteunen, zodat ze de veilige plekken op school minder nodig hebben. Zou dat niet mooi zijn?
Age Huitema
Uitstekend plan en spreekt me erg aan.
Heb het hier zelf ook al neergelegd zie tweet @SintMaart
Evelien
Ik vind het een raar voorstel. Denk je echt dat Corona na de zomer ons land uit is? Het virus zal blijven rondwaren en we moeten toch een keer weer naar school. Dat zal stapsgewijs en in kleine groepjes moeten gaan.
Dat de kinderen opnieuw in beeld gebracht moeten worden is geen argument voor later starten, dat moet in september ook. Voor veel leerlingen zal het goed zijn om zo snel mogelijk weer naar school te gaan. Net als voor veel ouders.
Alois Ruitenbeek
Ik vind het een uitstekend plan. Het draagt bij aan voorkoming van verdere ongelijkheid tussen de kinderen die opgroeien in een gezin met hoogopgeleide Nederlandstalige ouders en de kinderen waarbij dat niet zo is.
Bovenal vind ik het ook een wijs plan dat getuigt van realiteitszin: aanvaard de werkelijkheid zoals ie nu is en ga niet proberen die ’terug te draaien’ naar de werkelijk zoals die voorheen bestond. Die boodschap mag dit hele kabinet ter harte nemen, trouwens.
Esther van der Steeg
Totaal onrealistisch (middelbare scholen 4 maanden on hold zetten, hoe gaat dat betaald worden?) en volledig vanuit het belang en perspectief van de school / leerkracht geschreven (angstige leerkrachten, geen 1,5 meter afstand kunnen houden etc). Maar na de zomervakantie kan dat opeens allemaal wel? U denkt dat uw plan voor rust zal zorgen. Voor wie precies? Laat mij u meenemen in de realiteit. Ik werk als leidinggevende in de jeugdzorg. Daar zien we dagelijks de schade die kinderen ondervinden van het niet krijgen van onderwijs. En dan heb ik het niet over de cognitieve achterstand. Ik heb het over de kinderen die schade ondervinden van het thuis zitten bij ouders die totaal niet bij machte zijn om hun kinderen veiligheid en structuur te bieden. Kinderen die onder hoogspanning staan omdat ze thuis aan het overleven zijn. De scholen bieden inderdaad noodopvang maar maken dat zo onaantrekkelijk mogelijk om de kinderen zoveel mogelijk buiten de deur te houden. Het geklaag en gezeur vanuit de beroepsgroep leraren begint vermoeiend te worden. Dit soort artikels draagt bij aan het om zeep helpen van deze beroepsgroep. Niemand wil in het onderwijs werken wanneer je daar collega’s treft die alleen maar in problemen denken en reactief reageren. Hoezo leerkrachten zijn angstig om weer aan het werk te gaan? Denk na over manieren waarop leerkrachten zich wel veilig voelen. Ga met ze in gesprek, faciliteer en wees creatief. Mijn zorgmedewerkers gaan zonder mopperen naar de gezinnen toe, dragen beschermende middelen als het nodig is en doen hun werk vol overgave. Elke dag krijg ik mails met ideeen die zij aandragen om de gezinnen in deze periode zo optimaal mogelijk te kunnen ondersteunen. Als leidinggevende heb ik daar een voorbeeldfunctie in. Als ik bij de pakken ga neerzitten en ga klagen hoe zwaar het allemaal niet is dan gaan mijn medewerkers dat ook doen. Wellicht iets om over na te denken.