ICT

De drogredenen van Maurice de Hond

Maurice “Op zoek naar de school van de 21ste eeuw”

Casper HulshofKomenskypost redacteur Casper Hulshof reageert op het interview met Maurice de Hond in de Volkskrant van 18 juni 2016 waarin hij wordt uitgemaakt voor ‘kamergeleerde’.

“Opinions are like assholes. Everybody has one”, aldus Dirty Harry in de film The Dead Pool (1988). Als het over onderwijs gaat, is er al helemaal geen ontkomen aan opinies. In De Volkskrant van 18 juni jl. krijgt opiniepeiler Maurice de Hond maar liefst drie pagina’s ruimte om zijn opinie over het onderwijs te geven, en om zich te verweren tegen kritische opmerkingen over zijn iPadscholen. Blijkbaar is dat nodig, want drie jaar na de start van de eerste ‘iPadschool’ zijn er nog altijd critici. Wel zo onhandig nu er vanuit het buitenland belangstelling voor het schoolconcept is.

Maurice is naar eigen zeggen een graag geziene gast in onderwijsboboland, waaronder de po-raad en de Vereniging Schoolleiders. Daar zal dit interview vast niets aan veranderen, maar of dat terecht is, is de vraag. Het interview wemelt van de retorische stijlmiddelen, beter bekend als drogredeneringen. Een inhoudelijk relevant antwoord is vrijwel niet te vinden. Eerder wordt de vraag ontweken of de criticus belachelijk gemaakt. Daar komt bij dat populariteit in feite als graadmeter voor de mate van gelijk hebben totaal ongeschikt is. Voor onderwijsbetweters is er namelijk altijd wel een podium te vinden. Bekende onderwijsgoeroes als Sugata Mitra en Ken Robinson zijn daar lichtende voorbeelden van. Dat de Hond zich bij hen mag aansluiten zou je een dubieuze eer mogen noemen.

De Hond schetst een karikatuur van het huidige onderwijs. De school als onderwijsmuseum, waar kinderen in stilte de star orerende leerkracht moeten aanhoren. Geen wonder dat onze moderne hectische maatschappij daar niet bij aansluit. De iPadschool als panacee: zelfs adhd zou je ermee kunnen voorkomen. Waarom iPads, dan wel de specifieke aanpak die de Steve Jobsscholen voorstaan beter is dan andere scholen blijft in het midden. Je zou denken dat dat een uitgelezen onderwerp voor onderzoek is, maar dat is nog niet zo eenvoudig. Daarbij is de Hond ook helemaal niet in onderzoek geïnteresseerd omdat het volgens hem om meer gaat dan alleen taal en rekenen. Handig, want even later geeft hij ook toe dat het concept niet te verkopen is als uit onderzoek zou blijken dat het niet werkt. Je kunt namelijk altijd beweren dat dergelijk onderzoek te beperkt was en dat niet naar andere (veel vagere) eigenschappen als ‘flexibiliteit’ en ‘creativiteit’ is gekeken.

Als een wanhopig bij zijn telescoop gebarende Galilei roept de Hond op om toch vooral zelf een kijkje te nemen op een van de scholen. Dat moet dan wel het ‘paradepaardje’ De Ontplooiing zijn, andere scholen waar het wat minder goed gaat hebben steevast ‘het systeem’ niet goed geïmplementeerd. Het is wat dat betreft eerder de tactiek van de drugsdealer: probeer het eens, het zal je niet tegenvallen. Gezien de manier waarop hij andere scholen wegzet, zou je Maurice haast aanbevelen om zelf ook eens te kijken in scholen: de variatie is enorm en de inzet van de computer is tegenwoordig eerder een gegeven dan een optie.

De Hond grossiert in goedkope jij-bakken. Kritiek van Ton van Haperen is ‘gelul’, krantencolumnisten zijn ‘zurig’, onderwijskundigen worden weggezet als kamergeleerden. Je zou haast vergeten dat ieder een gezamenlijk doel nastreeft: het in stand houden en waar mogelijk verbeteren van het niveau van ons onderwijs. Dat sluit natuurlijk niet uit dat je zo nu en dan eens iets nieuws probeert. Maar we hebben genoeg geleerd uit het verleden om in te zien dat al te grote ingrepen juist een averechts effect kunnen hebben. Het is juist de rol van de kamergeleerden om dat te benoemen, of de boodschap nu wel of niet bevalt.

Is er desondanks iets te leren van dit alles? Jawel. De populariteit van de Hond als onderwijsinnovator duidt op een gemis aan deskundigheid en nuance in het onderwijsveld als het gaat om onderwijsverandering. Elke school wil ‘meer met ICT’ doen, maar vindt nu te weinig houvast. Dan wordt de vraag zo groot dat inhoudelijke argumenten er weinig toe doen. Daar kun je zuur om zijn, maar je kunt er ook wat aan proberen te doen. Deze kamergeleerde heeft in ieder geval het raam allang wijd opengezet.

  1. René Franquinet

    Iemand die op hogere leeftijd nog een kind krijgt, heeft altijd last van sentimenten en voelt zich uiteraard veel jonger dan leeftijdgenoten. Maar als hij zijn kind gaat zien als enige (betrouwbare) proefpersoon voor zijn opvattingen, lijdt hij overduidelijk aan tunnelvisie. Voer voor psychologen dus. Voor de rest ben ik het eens met dit voortreffelijke stukje van Casper.

Geef een reactie

6 + 1 =

Translate »