KomenskyPost info, Onderwijsinspectie

De Staat van het Onderwijs 2023: Is het glas half vol of half leeg?

Jan Lepeltak

Half vol of half leeg? Dat leek vooral de vraag waar de onderwijsinspectie zich bij haar jaarlijkse verslag voor zag gesteld. Ondanks haar mooie roze broekpak zat inspecteur-generaal Alida Oppers niet echt op een roze wolk. Het werd niet duidelijk of het feit dat een van de aanwezige (ambtenaren?) naast Alida Oppers op het podium eenzelfde roze broekpak aan had (zie foto) het gevolg was van een afspraak of een ongelukkig toeval.

De focusthema’s waren dit jaar: de basisvaardigheden (lezen en rekenen), het lerarentekort, gelijke kansen, kwaliteitscultuur en professionalisering.

Om een lang verhaal kort te houden: voor sommige onderdelen geldt dat de negatieve spiraal is doorbroken en de achterstanden voor lezen zijn ingelopen. Maar er is ook zorg voor de leesvaardigheid, die in 10 jaar is achteruit gegaan. Hoe het zit met de mondelinge taal- en schrijfvaardigheid is niet bekend. Maar dat is niet het hele verhaal. Voor rekenen in het primair onderwijs geldt dat namelijk niet. Het glas is half leeg.

Wordt enerzijds het overeengekomen basisstreefniveau voor lezen van 85% voor alle 8e groepers wel gehaald, anderzijds zien we dat de streefdoelen voor rekenen onder de 65% blijven.  De streefdoelen vormen het minimum om als burger in de samenleving te kunnen functioneren. De inspectie heeft geen duidelijk verklaring voor dit verschil.

Een punt van zorg vormt ook dat het aantal voortijdige schoolverlaters op zijn hoogst is sinds 10 jaar. Het gaat om jongeren die vanuit met name het mbo zonder enig diploma de school verlaten en die moeilijk werk kunnen vinden op de arbeidsmarkt.  

Voor minister Dijkgraaf is er ook nog veel werk aan de winkel bij de lerarenopleidingen. De docenten van de opleidingen stellen dat 1 op de 5 afgestudeerde leraren nog niet competent genoeg is om voor de klas te staan. Dat een hoog percentage jonge leraren na enkele jaren het voor gezien houdt is daarmee mede te verklaren. Ook de werkomstandigheden zoals de werkdruk, en het grote aantal te geven lessen (Nederland is koploper in Europa met de meeste te geven lesuren in het PO) spelen een rol.

De avond voor de bekendmaking van ‘de Staat van het Onderwijs’ maakte Minister Robbert  Dijkgraaf bekend het aantal vereiste punten voor een bindend studieadvies te halveren. Hij gaf in congresgebouw De Fabrique aan dat het slechte welzijn van een groot aantal studenten epidemische vormen heeft aangenomen. Hij denkt er ook aan om het studiejaar te verkorten, zodat studenten en docenten op adem kunnen komen en aandacht kunnen hebben voor andere zaken. Nederland kent volgens Dijkgraaf het langste collegejaar ter wereld.

Minister Dennis Wiersma gaf aan dat de overheid duidelijke eisen moet formulieren over wat we van schoolbesturen mogen verwachten, ook als het gaat om wat eufemistisch wordt aangeduid als de kwaliteitscultuur en de professionalisering. Zorgelijk is dat feitelijk een oude conclusie van de inspectie van zeker drie jaar geleden waarin staat dat de helft van de scholen het leesonderwijs niet op orde heeft nog steeds lijkt te gelden. Al wordt het minder boud geformuleerd en in wollige taal verpakt. De concrete doelen die door schoolbesturen worden genoemd zijn volgens de inspectie weinig ambitieus en vaak afgeleid van de minimumeisen uit het inspectiekader. Veel te weinig worden er concrete leerdoelen door docenten geformuleerd bij lessen en wordt er vooraf uitgelegd wat de bedoeling is, hoe er wordt getest en wie extra hulp verdient. Vooral bij rekenen ontbreekt dit vaak geheel.

Er lijkt sprake van een verbetering van de onderwijsadviezen aan met name meisjes met een immigratie-achtergrond. Dat komt het ‘gelijke kansenbeleid’ ten goede. Met name het naar boven bijstellen van een advies blijkt te werken. Ook is er sprake van vaker bijstelling bij scholen met een hogere schoolweging. Is dat wel zo positief, vraag je je af? Er is nog weinig aandacht voor de meertaligheid op basisscholen en hoe daar didactisch mee om te gaan. Dat aandacht voor andere thuistalen op scholen belangrijk is wordt, op basis van breed gedragen onderzoek, steeds meer ingezien. In Amsterdam wordt er daarom een plan ontwikkeld om scholen hierbij te helpen. Men hoorde een vragensteller die les gaf in Amsterdam-West opmerken dat veel leerlingen (nieuwkomers met een immigratie-achtergrond) grote moeite hebben met onze taal en sowieso nauwelijks taalontwikkeling bezitten. Een onzinnige opmerking waaruit nog eens blijkt hoe belangrijk professionalisering is.
 

Geef een reactie

1 + 9 =

Translate »