Haye van der Werf
Het Corona-virus en de ‘intelligente lock down’ hebben het Nederlandse onderwijslandschap ingrijpend veranderd.
Afstandsleren, digitale instructie en ict-vormen van toetsing zijn de nieuwe normaliteit geworden.
Wat na bijna 40 jaar ploeteren, inclusief het ‘Waddenproject’, “Investeren in voorsprong” en talloze andere stimuleringsprojecten moeizaam tot stand leek te komen lijkt nu ‘business as usual’ en wordt door bestuurders en politici geprezen als bewijs van het innovatieve en flexibele karakter van het onderwijsveld.
Terzelfder tijd staan de ict-deskundigen klaar om – betaald of onbetaald – vanuit de praktijk of aan de zijlijn adviezen te geven over de uitvoering, de verdere implementatie en de mogelijkheden tot verbetering.
‘Evidence based’ suggesties hebben de voorkeur en uit menig ver land worden ervaringen vermeld die het succes onderbouwen.
Veel van die goedbedoelde adviezen betreffen overigens de context waarbinnen dat onderwijs op afstand moet worden gegeven, de procedures, de belasting van de leerlingen/studenten en de (technische) randvoorwaarden voor succes.
Wat ik weinig aantref is de aandacht voor het ‘digitale denken’ van de doelgroep (dus de leerlingen/studenten), de inhoud van de lessen en het belang van een goed verhaal.
Aan de hand van twee voor mij belangrijke – te combineren – leeservaringen uit de afgelopen periode besteed ik nu aandacht aan die aspecten.
Kenmerken van de doelgroep
Al jaren ben ik fan van Alessandro Baricco. Baricco is filosoof en ik werd enthousiast door zijn roman “Oceaan van een Zee”. Zijn recente boeken lijken op een moderne vertelling zoals in films en videoclips.
In Turijn heeft hij een – nu succesvolle – school voor vertellers: ‘Scuolo Holden’ waarin het goede verhaal wordt gecombineerd met moderne technieken.
In zijn boeken “De Barbaren” en “ The Game” geeft hij een indringend inzicht in het denken, het doen van de nieuwe generaties rond internet en de digitale wereld en doorbreekt daarmee ook vele vooroordelen over de oppervlakkigheid van ‘websurfing’ en de Iphone.
“Hij probeert antwoorden te vinden op deze vragen zonder angst te zaaien en zonder een waardeoordeel te vellen. Het resultaat is een scherpzinnig, bevlogen en uiteindelijk hoopvol boek over onze toekomst.”.
Het belang van een goed verhaal en een goede presentatie
Kort geleden las ik “De handen van Cicero”. ‘Retorische antwoorden op de retoriek van onze tijd’. (o.m. Bas Heijne, Jan Kuitenbrouwer, Arnon Grunberg e.a.) Weliswaar is dit boek in eerste instantie een reactie op de autoriteitscrisis en het ‘post truth’-tijdperk maar het bevat interessante, historische aanwijzingen voor een ‘goed verhaal’.
Aanwijzingen die net zo goed gelden voor afstandsleren, online onderwijs en digitale instructie. Gebaseerd op het denken van Cicero en de regels van Aristoteles en Quintilianus wordt uiteen gezet waar een goed verhaal aan moet voldoen want: ‘we verlangen naar het sublieme, dat de toehoorder niet slechts tot overtuiging, maar in vervoering brengt’.
Die klassieke regels – die de toehoorder moeten overtuigen en hem/haar iets nieuws moeten leren – zijn overigens op de vingers van twee handen te tellen.
Allereerst de middelen:
– Logos: geef sterke argumenten;
– Êthos: laat zien dat je betrouwbaar bent;
– Pathos: maak je leerlingen/studenten blij, opgetogen of misschien zelfs boos want een geëmotioneerd publiek zal er niet aan twijfelen dat jij gelijk hebt.
Dan de stappen:
1) Inventio: Bedenk wat je wilt zeggen en let op de authenticiteit;
2) Dispotio: zet je punten in de juiste volgorde. Inleiding, uiteenzetting van feiten of inzichten, argumentatie en een slotwoord;
3) Elocutio: Kies effectieve woorden en beeldend taalgebruik. Ritmisch variërend zodat stijl en inhoud elkaar versterken;
4) Memoria: Leer het verhaal (min of meer) uit je hoofd, want wie wordt er nu echt geraakt door een oplezende docent?;
5) Actio: Presenteer met heldere stem en sprekende handen. Toen Demosthenes gevraagd werd naar het belangrijkste aspect van de retorica antwoordde hij: ‘Performance, performance, performance!
Tenslotte
Moge het voorgaande voor docenten en begeleiders een mooie checklist opleveren om hun online bijdragen te vervolmaken. Maar ook ter relativering: Longinus: woordkeuze, compositie en stijlfiguren zijn weliswaar nuttig, maar nog veel belangrijker zijn oprechte emotie en het vermogen ‘grootse gedachten’ te ontwikkelen.
Tijdens lezingen die ik hield voor docenten vroeg ik vaak: ‘Welke docent heeft in uw schooltijd het meeste indruk gemaakt?’
Het antwoord was bijna altijd: iemand die zich niet aan het curriculum hield, maar op het geëigende moment een ‘grootse gedachte of emotie’ overbracht.
Me dunkt dat dat eens te meer geldt in dit tijdsgewricht en voor leerlingen/studenten van nu!
Haye van der Werf
Redacteur Komensky Post.
NB.
De Barberen en The Game, de boeken van Alessandro Baricco, zijn beide voor een luttel bedrag als E-book verkrijgbaar.
De handen van Cicero is helaas niet digitaal verkrijgbaar.
Recensie: “Dit is echt een heel erg leuk boek voor iedereen die iets heeft met taal of toespraken, of wil nadenken over de kracht van het gesproken woord.”
Fred Schut
Ik herken me er wel in, vooral in afwijken van het curriculum en pathos. Ik ben vrijwel altijd vrolijk als ik les geef, zelfs als ik boos ben :).
Willem Laan
In de drie stappen herken ik weer mijn didactiek lessen op de kweekschool in de zestiger jaren van de vorige eeuw. Heel goed dat dit weer eens helder op een rij wordt gezet. En dan ook nog met een folosofische onderbouwing. Wat wil de goede leerkracht nog meer!