Jan Lepeltak
De scholen zijn begonnen en dat geldt ook voor de bijschoolorganisaties (of moet ik zeggen bedrijven?). Volgens de reclameslogans op de radio is goed lezen en foutloos rekenen heel makkelijk je kunt in een paar weken leren, al moeten pa of ma dan wel de portemonnee trekken. En dat is lang niet iedereen gegeven. Voor veel hardwerkende leerkrachten is het een slag in het gezicht met als implicatie: jullie rommelen eigenlijk maar wat aan.
Er zijn weer nieuwe plannen van de overheid voor kwaliteitsverbetering acties die enige honderden miljoenen gaan kosten. Gevreesd moet worden dat het merendeel van de fondsen gaat naar schoolbesturen die weer het een en ander door schuiven naar vaak dure adviseurs. Wat zal er uiteindelijk in de klas terechtkomen. Ervaringen uit het verleden stemmen niet tot optimisme.
‘Onze’ scholen zijn niet van de overheid en niet van de ouders of leraren, maar ze worden wel door ons bekostigd. Schoolbesturen met daarbij op afstand vaak raden van toezicht die slapen of soms nauwe banden met bestuursleden hebben zijn de facto de eigenaar. De meeste schoolbesturen zijn verenigd in sectorraden voor het PO, VO en beroepsonderwijs. Zij afficheren zich graag als vertegenwoordigers van de onderwijssector. Het zijn de vakbonden die nog tegengas kunnen geven. Van de politiek valt vooralsnog weinig te verwachten. Er is een vleugellamme inspectie die als grote troef naming e shaming hebben. Wil je als minister werkelijk iets doen aan de bestuurlijk feitelijk ondemocratische macht, dan word je om vage redenen gewipt, zoals met minister Dennis Wiersma is overkomen. Grensoverschrijdend gedrag is daarbij het toverwoord in Den Haag. Het hele huidige systeem is een anachronistische erfenis van wat in Nederland begin 20e eeuw ooit een verzuilde samenleving was. Protestanten, katholieken, sociaal-democraten en atheïsten hadden hun eigen scholen en omroepen.
‘Foutloos rekenen is niet moeilijk’
Wat we nu zien is dat mede door het lerarentekort, dat decennia geleden al werd voorspeld, commerciële marktpartijen hun kans schoon zien. In de wetenschap dat besturen tegenwoordig bijna ongebreideld (uitgezonderd wat betreft de CAO’s al hoor je dat veel veel docenten te laag worden ingeschaald) van de hun toegekende middelen en daardoor opgespaarde reserves gebruik kunnen maken.
Zo worden commerciële programma’s ontwikkeld en ingekocht. De commerciële partijen strooien als pepernoten met frases als: ’tot stand gekomen in samenwerking met ‘experts, honderden oud-leraren, honderden scholen, uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek etc.’ Vooral de gebieden waarop we steeds meer internationaal achterlopen zoals lezen en rekenen staan volop in de belangstelling. Klinkende, imponerende namen als het Nederlands Mathematisch Instituut (we missen nog het voorvoegsel Koninklijk) met slagzinnen als ‘foutloosrekenen is niet moeilijk, je kunt het in een aantal weken leren’. We kennen programma’s als Grip op Tekst, of Snappet (gepersonaliseerd leren) voor bijna alle vakken voor 60 euro per leerling per jaar. En er zijn er meer, je hoort ze dagelijks tijdens de STER-reclame. Gelet op het geld dat besteed wordt aan marketing via de media moet het een lucratieve business zijn. Wie uiteindelijk de investeerders zijn (Amerikaans, Chinees, Engels?) is niet duidelijk. Een bedrijf kan qua management en medewerkers verder puur Nederlands zijn.
Inmiddels komen de eerste kritische geluiden uit het onderwijs los. Ook Lubach besteedde aandacht aan Snappet.
Een vriend en oud-leraar en rekendeskundige uitte zijn ergernis aan de activiteiten van het Nederlands Mathematisch Instituut: “Alleen al van de pompeuze naamgeving krijg je de kriebels. Elke leerkracht moet gewoon degelijk reken- en leesonderwijs geven.” Veel van de zogenaamde veranderingen, verbeteringen, vernieuwingen door adviesbureaus de school ingepraat hebben weinig of niets opgeleverd. Hij die zich ooit niet enige tijd heeft laten meeslepen werpe de eerste steen. We hebben samen met de korte-termijn-politiek het zaaiveld voor de slimme, gladde jongens klaargemaakt. Dezelfde bestuurders, de beslissers die zich in de vorige eeuw hebben laten fêteren met mooie studiereisjes naar bijvoorbeeld de Microsofburelen in de buurt van Seatle zitten nog steeds op hun luxe meubelen in hun bestuursgebouw. Zij zijn wel verantwoordelijk voor het garanderen van de onderwijskwaliteit, maar zijn vaak zelf niet uit het onderwijs afkomstig. Hen ontbreekt de kennis. De dure externe adviesbureaus kunnen dus hun slag slaan.
Uiteraard geldt dit niet voor alle besturen en scholen. Eva Naaijkens van de Turingschool en met haar gelukkig nog genoeg anderen, laten zien dat je je onderwijs zelf zo kan inrichten dat iedereen met plezier kan lesgeven en de resultaten goed zijn zonder gebruik te maken van allerlei commerciële aanbieders. Er is hoop maar dan moet er wel het nodige veranderen. Breng het onderwijs weer terug bij de leerkrachten. Schaf alle bureaucratische rompslomp af. Je kunt lesgeven weer echt aantrekkelijk maken als leraren de tijd krijgen om hun lessen goed voor te breiden en niet zijn overgeleverd aan de uitgevers. Het is inderdaad een mooi vak. Geef het zijn glans weer terug. Theo Thijssen beklaagde zich al over de bemoeizucht van bovenmeesters.
Geef een reactie