Door Sandra Verbruggen
De missie
Iedere school heeft een missie. In enkele goedgekozen zinnen legt de school terecht- uit waar zij voor staat, wat zij nastreeft. Samengevat gaat het in veruit de meeste gevallen om het bevorderen van de talenten van de leerlingen, om het beste halen uit de leerlingen, om deze leerlingen tot burgers te maken die een bijdrage leveren aan de maatschappij. Het schoolplan ondersteunt de missie.
Uiteraard gaat het daar ook om in een school. We willen dat de leerlingen in onze scholen inderdaad leren het beste uit zichzelf te halen en zo voort. Wat mij interesseert is op welke manier dat doel daadwerkelijk gaat leven in de school. Het is werkelijk bedoeld als vraag. Niet als kritiek op scholen die dat niet goed zouden doen. Waar ik in het verleden dagelijks werkte in dezelfde school, doe ik dat nu niet meer. Uiteraard kom ik vanwege mijn werk nog zeer regelmatig in scholen en werk ik ook veel samen met mensen die dagelijks hard aan het werk zijn in scholen, en ik heb daarom een algemene indruk, maar ik heb er geen uitputtend onderzoek naar gedaan.
Het ontstaan en de invoering
Op welke manier komt een school tot een missie? Wie formuleert die? Wat is de werkwijze? In veel scholen voert men het gesprek hierover met alle medewerkers. Tijdens een studiemiddag of meerdere middagen komt door middel van meerdere gespreksrondes de opdracht van de school tot stand. Een mooie verklaring is het gevolg. Er zijn ook scholen waar de missie in een kleinere groep geformuleerd wordt. Mijn vraag hierover is of de mensen die deze inzet formuleren doordenken en formuleren op welke manier deze missie tot uitvoering gebracht zou kunnen worden. Welk gedrag erbij hoort bijvoorbeeld. Welke stappen in de school genomen dienen te worden om de missie levend te laten worden. Of dat de overtuiging bestaat dat deze uitdaging al ten uitvoer gebracht wordt op het moment van formuleren. Ik ken scholen waar de missie helemaal vertaald is in bijbehorend gedrag. Mijn vraag is of docenten zich gecommitteerd voelen aan de vraag en de bijbehorende reflectie op de vraag, of zij gedrag laten zien dat hoort bij de geformuleerde missie en hoe dat gedrag er dan uitziet. Lééft dit?
Persoonlijke missie
Mensen hebben in de meeste gevallen een idee wat zij, als individu, het belangrijkste vinden om bij te dragen in hun werk in het onderwijs, in de wereld. Hun persoonlijke missie. Mogelijk niet altijd letterlijk geformuleerd, eerder een vagere richting. In de meeste gevallen niet bewust geformuleerd in concreet gedrag. Dat betekent niet dat ze er niet serieus mee zijn, eerder zijn ze nog niet op het idee gekomen het concreet te formuleren. Ook zijn er veel mensen die er nooit aan toe gekomen zijn, omdat hun aandacht gericht was op hun vak of op andere zaken in hun werk in het onderwijs.
Concreet
Wat zou er gebeuren, en op een aantal plaatsen gebeurt dit ook, wanneer we aan iedere medewerker in school zouden vragen wat zijn of haar persoonlijke missie is, uit welke bron die voortkomt en waarom deze overtuiging energie oplevert? Als we zouden vragen welk gedrag volgens deze medewerker hoort bij zijn of haar eigen missie, en of hij het gevoel heeft dat hij een en ander kan waarmaken, waar hij vooral over nadenkt, en wat hij zou willen leren? Hij heeft immers, behalve met zijn vakinhoudelijke kennis ook met zichzelf als persoon invloed op de ontwikkeling van de leerlingen. Parker Palmer zei het al[1], en Cok Bakker[2] beoefent de wetenschap er omheen.
Zou dat iets betekenen voor de voorbeeldrol die de medewerker heeft?
Ik voorzie dat sommige mensen tegen mij zullen zeggen: Ja, mooi bedacht hoor, maar daar hebben we helemaal geen tijd voor, wij hebben een vak te geven, toetsen na te kijken, wij vergaderen en zijn bij besprekingen.
Wat ik mij afvraag is: is het daadwerkelijk of-of? Is het niet zo dat het gaat om een attitude van reflectie? En niet om iets dat extra tijd kost?
Dus: Hoe komen we aan de missie in de school? Is dat de goede manier? Heeft de opdracht in de school daadwerkelijke verbindingen met de gevoelde levensopdracht van de individuele medewerker? Kent de individuele medewerker zijn eigen drijfveren en doelen? Weet hij die om te zetten in gedrag? Is dat gedrag in overeenstemming met de missie van de school?
[1] Palmer, P. (2006). Leraar met hart en ziel. Groningen: Noordhoff[2] Bakker,C. (2013). Het goede leren. Oratie en openbare les. Utrecht: HU
Sandra Verbruggen was 20 jaar docente Duits, ooit pionier in coaching voor onderwijs. Momenteel is zij voorzitter van de denktank van de Bildung academie en verbinder tussen NLkantelt en de Bildung Academie. Daarnaast is zij eigenaar van VerbruggenOnderwijsConsultancy.
Sandra Verbruggen
Dank voor de vriendelijke woorden, Jacques en Henk.
Henk, mail me, dan maken we een afspraak na de zomer.
sandra.verbruggen@gmail.com
Henk Galenkamp
Beste Sandra, ik volg je al een aantal jaren op Twitter en lees je tweets steeds met aandacht. Zo ook nu. Prachtig om te zien hoe jij het begrip missie handen en voeten geeft door na te gaan of het feitelijke gedrag van mensen een weerspiegeling van de missie is. Fijn ook dat je verwijst naar zowel Parker Palmer als Cok Bakker.
Hiermee kom je dicht bij het werk dat wij (Jeannette Schut en ik, samen Bureau Galenkamp&Schut) in scholen doen.
Deze zomer leggen we de laatste hand aan een boek (voorlopige titel: Handboek Professionele Schoolcultuur) waarin we een hoofdstuk wijden aan onze koerstrajecten, waarin het gaat om zowel de missie als de visie + de vertaalslag naar het alledaagse handelen van de volwassenen in de school. Het artikel op onze website ‘Is uw schoolorganisatie gebouwd voor de toekomst?’, http://www.galenkampschut.nl/public/files/Documenten/Artikel_Project_Gebouwd_voor_de_toekomst.pdf is een vooruitblik op dit hoofdstuk.
Ik zou het leuk vinden eens diepgaander en persoonlijk met je hierover uit te wisselen.
Jacques Verschuren
Mooi stuk, ga ik eens over denken